zondag 22 maart 2009

Respect of ik schiet

Wat is het toch met Amerikanen die een functie hebben waarbij ze een uniform en een wapen mogen dragen? Politieagenten en douaniers, je geeft ze een pistool bij hun dienstuitrusting en opeens beginnen ze Nazi-achtige trekjes te vertonen.

De gemiddelde politieagent hier behandelt je met de insteek “guilty until proven innocent’. Als ze je aanhouden dan word je met veel intimidatie, disrespect en machtsvertoon benaderd. Ze doorspekken elke zin weliswaar  met “please” en met "thank you Sir” maar het zijn lege woorden. De hele ervaring is uitermate onplezierig en intimiderend en daar doen ‘please’ en ‘thank you’ niets aan af.

Dezelfde ervaring heb ik ook altijd bij de Amerikaanse douane. Op afstand de meest onvriendelijke douanedienst in de wereld. Vandaag werd ik geholpen door de reincarnatie van Adolf Hitler. Juaz heette hij. In gewoon Nederlands is een Juaz een lul. Een lul met het uiterlijk van een skinhead: kaal hoofd, spits gezicht met van die zuinige samengeknepen lipjes. Vanaf de eerste minuut zag Juaz mij als een mogelijke verdachte. Elke pagina van mijn paspoort werd minitieus bekeken, waarbij extra aandacht geschonken werd aan stempels uit “verdachte landen” zoals Indonesie, Thailand of the Filippijnen.

“What are you going to do in the United States?” vraagt hij aggressief.

‘I am going home’ antwoord ik

‘Then where is your green card?’ vraagt hij met een blik in zijn ogen alsof hij mij zojuist ontmaskerd heeft. Als ik antwoord dat ik die niet heb dan denkt hij beet te hebben. Hij kijkt me indringend aan. Ik heb het idee dat hij zich mij probeert voor te stellen met een lange baard. Is deze Raul Pesch misschien Osama Bin Laden?

Na een tijdje vertel ik hem dat ik een visum heb.

Hij stelt een aantal vragen over het visum en als ik die allemaal beantwoord heb vraagt hij waar mijn oorspronkelijke visum aanvraagformulier is. Ik antwoord dat dat thuis ligt en dat daar nog nooit naar gevraagd is.

'Je hebt het nodig als er iets mis is’ antwoord hij. “Er is nooit wat mis” antwoord ik weer.  Juaz en ik zijn duidelijk geen soulmates. Het tegenovergestelde wellicht.

Zeer geirriteerd begint hij de vreemdste dingen te vragen:

“Do you bring any illegal goods?”

“No”

“So what is in your bag?”

“A laptop and clothes, no illegal stuff” antwoord ik

“No illegal stuff? Do you have a toothbrush?”

Ik bevestig dat ik ook een tandenborstel heb en vraag hem of dat dan illegaal is?
Hij antwoord niet en stelt de volgende vraag. Ik fantaseer ondertussen dat ik een aanval op hem uitvoer met mijn tandenborstel en schiet in de lach. Domme actie.

“Do you bring anything eatable?”

“Nee” antwoord ik, “tenzij je mijn tandpasta meetelt…”

Juaz blijkt geen humor te hebben, maar daar was ik inmiddels achter. Ambtenaren met een pistool hebben hier geen humor want je moet ze respecteren.
Hij tikt het een en ander in op zijn computer en geeft me m’n paspoort terug.

“Welcome home Sir!”

Een lege uitspraak. Welkom heeft geen enkele betekenis als je het niet meent.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten